Hij boerde verder op het gemengd bedrijf dat zijn vader in de polder gekregen had. Toch ging Teun Stoel zijn eigen weg en werd loonwerker. Door zich te specialiseren, kreeg hij een vast plekje tussen de collega’s.

„We gaan onze vleeskuikenstallen zo inrichten dat we voor iedere markt kunnen produceren en snel kunnen omschakelen indien dit loont.” Zo wil vleeskuikenhouder Gijs van Oosterhout een Sterk Erf voor de toekomst realiseren.

Twee rondes heeft pluimveehouder Jan Nieboer uit Alteveer (DR) afgelopen jaar gedraaid met 1 ster Beter Leven vleeskuikens in zijn twee stallen. Het verliep voorspoedig.

De familie Klimp verplaatste hun akkerbouwbedrijf van Midwolda naar Oostwold. Daar storten zij zich ondanks de zware kleigrond op de teelt van pootgoed. Een hele uitdaging, vinden Jan Hayo en Bart Klimp.

Het was in 1958 toen Niek Klaver zijn boerderij in Hensbroek (NH), waar hij 6 koeien molk, verkocht en een bedrijf met 20 koeien terugkocht in Sint Maartensvlotbrug (NH). De derde generatie Klaver melkt nu 600 koeien op twee locaties.

Omdat de afzetmarkt voor zijn gewassen niet fantastisch was, kocht akkerbouwer Kees Steendijk ‘uit het niets’ 600 lammeren. Halsoverkop moest er een stal worden gebouwd voor het vanaf toen gemengde bedrijf.

Toen zijn voorlichter opperde dat Sander Bremer kon overschakelen op geiten, was zijn eerste reactie: ‘Wat mót je met die sikken?’ „Maar dan ga je een keer kijken. En dan ben je verkocht.”