Boeren krijgen archeologieregels Leeuwarden niet van tafel

Bij de bouw van stallen op boerenerven moet voortaan eerst de hele gebouwoppervlakte worden gecheckt op archeologische vondsten. Daar moet een rapport van worden ingeleverd bij de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor bouwen. „Agrariërs willen best met archeologie rekening houden, maar dat hoeft toch alleen maar te gebeuren met de plekken waar de grond wordt omgewoeld?”, vroeg LTO-Noord. Dat zijn plekken waar de heipalen de grond in gaan.
In plaats van archeologisch onderzoek te doen over een oppervlakte van bijvoorbeeld 1.650 vierkante meter zou het onderzoek beperkt kunnen worden tot bijvoorbeeld 57 vierkante meter, redeneert LTO-Noord.
Vondsten kunnen verloren gaan
Volgens de gemeente Leeuwarden wordt vaak veel meer grond afgegraven dan het vloeroppervlak van het gebouw. Verder kunnen heipalen grondlagen samenpersen en verplaatsen waardoor archeologische vondsten verloren kunnen gaan. De Raad van State is het met de gemeente eens. De regeling geldt voor gebouwen die groter zijn dan 25 vierkante meter en waarbij de schop dieper van dertig centimeter de grond in gaat.
De nieuwe archeologieregels zijn via een zogenoemd parapluplan in alle bestemmingsplannen van de gemeente opgenomen. De gemeente moet in dit parapluplan binnen zestien weken nog wel op een formeel punt een verbetering aanbrengen.
Tekst: Adri Klinkenberg
Beeld: Susan Rexwinkel