Raad van State eist onderzoek locatie mestbassin Nieuwolda

De Raad vindt dat de gemeente Oldambt de keuze voor de huidige locatie van het mestbassin ver achter de Hoofdweg 22 niet goed heeft onderbouwd met ruimtelijke – en milieuargumenten, zo blijkt vandaag uit een tussenuitspraak.
De hoogste bestuursrechter wijst er in de uitspraak op dat er best nog goede alternatieven zijn, zoals op het bouwperceel van de hoofdvestiging van melkveehouderij De Waarhoek van Wouter van Breugel aan de Hoofdweg West 6 in Nieuwolda. Het gaat immers om een mestbassin dat Van Breugel heeft aangelegd en gebruikt.
Bos
De Raad is evenwel niet door de gemeente Oldambt overtuigd dat een mestbassin ten westen of ten oosten van de stallen van Van Breugel niet mogelijk is. Volgens de gemeente liggen die locaties te dicht bij een bos (160 meter) en een recreatiepark (227 meter). De gemeente moet dat nog maar eens met hardere bewijzen aantonen, of alsnog een ander besluit nemen.
Op zich heeft de Raad geen onoverkomelijke bezwaar tegen de huidige mestbassinlocatie in het veld achter Hoofdweg 22, maar zet vraagtekens bij de landschappelijke inpassing. Zo is niet keihard vastgelegd dat het hekwerk rondom het bassin een donkere onopvallende kleur moet hebben. De gemeente Oldambt krijgt 16 weken de tijd om met betere argumenten te komen, daarna bekijkt de Raad of er direct einduitspraak kan worden gedaan, of dat er nog een tweede zitting moet komen.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Susan Rexwinkel