Boeren maken hun erf bijvriendelijker

Als partner van het Deltaplan Biodiversiteitsherstel en de Nationale Buienstrategie deed LTO eerder dit jaar een oproep voor ambassadeurs uit de ruim 70 aanmeldingen zijn er twaalf geselecteerd. De twaalf gekozen boeren zitten verspreid over het land en boeren in verschillende sectoren en op verschillende grondsoorten. Na de selectie is bij alle ambassadeurs een erfscan uitgevoerd die inzicht geeft in wat de boer al doet en nog kan verbeteren voor de bijen. De volgende stap is kijken op welke manier de ambassadeurs hun erf nog bijvriendelijker kunnen maken.
Divers voedselaanbod
Melkveehoudster José de Boer uit Midwolde (GR) is een van de ambassadeurs. De Boer maakte al gebruik van de BijerBij app van de Groningse collectieven en kwam er toen achter dat ze al heel veel dingen voor de bijen. „In de BijerBij app staan al zo’n 50 dingen die we hebben voor bijen. Qua voedselaanbod is het bij ons heel divers. We hebben Lindes en fruitbomen, meidoorn, braam en framboos en veel bloeiende planten, deels vaste planten en deels gezaaide bloemenmengsels.” De Boer geeft collega boeren de tip om te beginnen met een rondje door de tuin en over het erf. „Kijk goed wat er al is en wat je ziet vliegen.”
Robert Timmerman, akkerbouwer in Dronten (FL) doet mee als ambassadeur omdat hij denkt dat natuur en landbouw elkaar kunnen versterken. „Een grotere biodiversiteit en een sterker en diverser ecosysteem helpt ook mijn teelten.”, Vindt Timmerman. De komende tijd gaat de akkerbouwer een kleine boomgaard aanleggen met oude rassen met behulp van Landschapsbeheer Flevoland. Ook gaat hij zijn bestaande singel opsnoeien zodat er meer licht aan de basis komt waardoor de kruidlaag meer ontwikkelt.
Informatie voor boeren
Het project wordt uitgevoerd door LTO Noord, ZLTO en LLTB en is gefinancierd door LTO Noord Fondsen, ZLTO, LLTB en het Ministerie van LNV. Op de website www.theplacetobee.nl staan portretten van de twaalf ambassadeurs. Ook is er informatie te vinden waar boeren direct mee aan de slag kunnen. De onderwerpen op de website gaan over voedsel (gevarieerde erfbeplanting, bij voorkeur jaarrond bloeiend), nestelgelegenheid (insectenhotels, maar ook bijvoorbeeld zand) en overleving (omgang met gewasbeschermingsmiddelen). Projectleider Scheer: “Ieder erf is geschikt voor bijvriendelijke maatregelen. En die hoeven niet duur en ingewikkeld te zijn.”