Melkveehouder uit Groningen heeft spijt van aanpak mestbassin

Hoewel, de ‘minste weerstand’ betrekkelijk is. Want een aantal dorpsbewoners, verenigd in Dorpsvereniging Nieuw-Scheemda en ’t Waar, ziet het mestbassin niet zitten, ook al ligt op een halve kilometer van de dichtstbijzijnde woning. Volgens de gemeentewoordvoerders van Oldambt en melkveehouder Wouter van Breugel ligt het mestbassin op de best mogelijke plek, ver weg achter Hoofdweg 22, midden in het land.
Alleen als alle gemeentelijke en provinciale regels waren gevolgd had het mestbassin ook in de buurt van de veehouderij van Van Breugel aan de Hoofweg-West kunnen liggen. Althans dat vermoedde rechter en staatsraad Gerdy Jurgens tijdens de rechtszaak in Den Haag: „Als het volgens de regels was gegaan was er mogelijk een andere locatie uitgekomen, maar het is anders gelopen."
Niet handig
Melkveehouder Van Breugel erkende uiteindelijk dat hij het achteraf gezien niet handig heeft aangepakt. „Ik heb het verkeerd aangepakt, dat heeft me een hoop geld en gedoe gekost. Eigen schuld dikke bult. Maar het is nu eenmaal zo. Ik vind het vooral jammer dat ik daarover niet met de dorpsvereniging in gesprek kan. Ze willen er niet over praten en willen het mestbassin alleen maar weg hebben. Terwijl het de meest praktische plek is. Ver van de woningen en het makkelijkst om de mest in en uit te rijden."
Woordvoerder Zijlstra zei het ook jammer te vinden dat de verhoudingen wat stekelig zijn. „Wij hebben niets tegen Van Breugel, we hebben vooral een appeltje te schillen met de gemeente. Die doet meer van dit soort dingen, die niet door de beugel kunnen. Wij hopen dat de Raad van State Oldambt eens goed op de vingers tikt."
Verwaarloosd erf
Overigens deden de gemeentewoordvoerders in Den Haag flink hun best om het besluit om het mestbassin achteraf te legaliseren alsnog goed te praten. Want veehouder Van Breugel was al begonnen aan de sloop van een oude vervallen woning, met de kap van bomen en de aanleg van het mestbassin voordat de gemeente ervan wist, laat staan een vergunning had verleend.
Aanvankelijk leek de gemeenteraad ook tegen, maar na enig aandringen van B&W gingen ze toch om, bleek tijdens de zitting. Volgens de woordvoerder Hans Zijlstra van Dorpsbelangen ging de gemeenteraad pas om nadat B&W er op had gewezen dat er bij een weigering een flinke schadeclaim zou kunnen komen. Volgens een woordvoerster van Oldambt was het ook niet nodig om nog een herplantplicht aan Van Breugel op te leggen,’want het ging niet om een natuurgebiedje, maar om een verwaarloosd erf waar dieren het wel prettig vonden.’
Uitspraak binnen enkele weken.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Susan Rexwinkel