Beste land niet genoeg voor grutto

Uit het rapport blijkt dat maatregelen zoals uitgesteld maaibeheer, hoge waterpeilen en kruidenrijk grasland te weinig doen voor de vogelstand. „De gebieden zijn te klein, de grensoverschrijdende effecten van gangbare landbouw te groot", zegt onderzoeksleider en RUG-hoogleraar trekvogelecologie Theunis Piersma. Dat het zo slecht gesteld zou zijn met de grutto, hadden de onderzoekers niet verwacht. Onderzoeker Egbert van der Velde: „Het is triest het dat zelfs in de beste gebieden van Friesland niet lukt om het aantal weidevogels op peil te houden.”
Insecten
De effecten van de intensieve landbouw van de percelen eromheen werken ook in de kleine gebieden door. De kuikens krijgen te weinig te eten, omdat er volgens onderzoeker Van der Velde 75 procent minder insecten zijn dan pakweg dertig jaar geleden. „Je kunt je voorstellen dat insectenetende vogels hier problemen mee hebben. Als je kijkt hoe de wereld er tegenwoordig bij ligt en dertig jaar geleden. Toen stonden de weilanden vol met bloemen. Nu is 95 procent monocultuur geworden: één type grasland met wat raai. Dat zorgt ervoor dat de diversiteit aan insecten minimaal is geworden.” De grutto’s die er nu nog zijn, moeten het met die overige vijf procent stellen.”
Het probleem is volgens Van der Velde dat kleine hoekjes die nog over zijn, beïnvloed worden door de monocultuur. „Dus zelfs daar lukt het niet meer. Zelfs in jaren dat er minder verlies door predatie was, hadden de kuikens niet genoeg vet op de botten om te overleven. Ze verhongeren.”
Lees verder in de aanstaande editie van Veldpost die op zaterdag 23 mei op de mat valt. Nog geen abonnee? Vraag een gratis proefnummer aan.
Tekst: Brenda van Olphen
Beeld: Wout van der Sikke