Schapenkudde hoort bij Terschelling realiseert ook bezwaarmaker zich

Daar hield de Schellinger schapen- en rundveehouder Wietse van Deelen een vlammend betoog om de kudde te bewaren voor het nageslacht. Hij maakte duidelijk dat de bezwaren van Stichting Ons Schellingerland(SOS) tegen een nieuwe veestal plus bedrijfswoning aan het Zedjespad in Formerum tot het einde van schapen op het eiland kunnen leiden. En dat zou een forse aantasting van het ‘Terschellinger-eigene’ betekenen, iets waar de SOS juist voor is opgericht om te bewaren.
SOS-woordvoerder Jan Willem Spanjer maakte in Den Haag duidelijk dat het einde van de schapen op Terschelling zeker niet de bedoeling is van SOS. Hij zegde aan het eind van de rechtszaak in Den Haag toe volgende week met het bestuur te gaan overleggen om het beroep tegen het nieuwbouwplan alsnog in te trekken. Dan komt er geen uitspraak meer en kan Van Deelen nog dit jaar beginnen met de bouw van een nieuw schapen- en rundveestal plus boerderijwoning met een paar kamers voor stagieres. De Raad van State deelde mee de rechtszaak drie weken aan te zullen houden in afwachting van de beslissing van SOS.
Hobbyveehoudertje
Al tijdens de rechtszitting in Den Haag trok SOS-woordvoerder Jan Willem Spanjer een paar belangrijke beroepsgronden in. Want Van Deelen en diens raadsman legde helder uit dat Van Deelen niet slechts een ‘hobbyveehoudertje’ is met een paar schapen en een enkele koe. Hij beheert de schapenkudde van Terschelling. Dat zijn tussen de 600 en 1.000 schapen die op de dijken grazen en zorgen voor het bekende Schellinger lamsvlees. Daarnaast heeft hij 64 Herefordrunderen op de Boschplaat lopen.
Omdat het huurcontract van zijn huidige stal eind volgend jaar afloopt heeft Van Deelen een nieuwe stal nodig. Hoewel Van Deelen goed gezocht heeft is er op het eiland geen andere stalruimte te vinden, alleen tegen woekerhuurprijzen. Om die reden keurde de gemeente Terschelling het bouwplan goed. SOS vreesde dat het stal en woningplan slechts een opzetje was om in Formerum een recreatiebedrijf of mooie vrijstaande woning van de grond te tillen.
Lammeren
Van Deelen zei het jammer te vinden dat de SOS-leden niet eerder bij hem langs waren gekomen, zodat hij had kunnen uitleggen wat hij van plan is en wat de gevolgen zijn. Van Deelen en diens raadsman maakten direct al duidelijk dat de schapen- en rundveehouderij een volwaardig agrarisch bedrijf is, dat de bedrijfswoning nodig is voor het toezicht tijdens het lammeren en dat een paar kamers van stagiaires handig is omdat zijn bedrijf als stageplek razend populair is bij veehouderij- en dierenartsstudenten van het vaste land. Kortom, de kudde van Terschelling blijkt nu ook voor SOS van een heel andere orde dan de zelfpluktuin.
Volgende week wordt duidelijk of SOS haar verzet opgeeft en dan kan de gemeente eind volgende maand een bouw(omgevings)vergunning aan Van Deelen en partner Van Leeuwen verlenen. Zo niet, dan komt er binnen enkele weken alsnog een uitspraak van de Raad van State.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ruth van Schriek